Ken jij de uitdrukking: ‘sixpacks worden gekweekt in de keuken’? Dan ben je niet de enige. Het suggereert dat de invloed van wat je eet groter is om af te vallen dan workouts in de sportschool of rondjes op de atletiekbaan. Onderzoek laat zien dat misschien het tegenovergestelde waar is – tenminste, als het gaat om het behouden van gewichtsverlies.
Het onderzoek
Runners World, Onderdeel van Hearst Netherlands Obesity. Medewerkers van de universiteit van Colorado vergeleken de volgende drie groepen. De eerste groep bestond uit mensen die er in geslaagd waren af te vallen en het nieuwe gewicht (ongeveer 70 kg) gedurende een jaar konden behouden. De tweede groep bestond uit mensen die van nature een lichaamsgewicht van 70 kg hebben. In de derde groep zaten mensen met overgewicht (ongeveer 95 kg). Het BMI van groep drie was vergelijkbaar met die van de eerste groep voordat deze begonnen met afvallen.
Het totale energieverbruik van de deelnemers per dag (ook wel TEPD genoemd) werd gemeten met behulp van urinemonsters. Ook werd de snelheid van hun stofwisseling bepaald om te achterhalen in welke mate de TEPD kwam van rust ten opzichte van fysieke activiteit.
De uitkomsten
Gedurende het onderzoek bleef het gewicht van alle deelnemers hetzelfde – wat betekent dat het totale energieverbruik, of het aantal calorieën dat ze per dag verbrandden, gelijk was aan de hoeveelheid calorieën die ze innamen.
De onderzoekers ontdekten dat het totale energieverbruik van de deelnemers in de eerste groep (de afvallers) groter was dan die van de tweede groep, en vergelijkbaar was met die van de derde groep, de groep met overgewicht. Het lijkt er dus op dat de mensen die eerder afgevallen waren en dit gewichtsverlies wisten te behouden, een vergelijkbare hoeveelheid calorieën innamen als de groep met overgewicht. Hoe kan dit?
Dit is de oorzaak
De onderzoekers geloven dat het komt door hun verhoogde niveau van fysieke activiteit. Deze groep mensen verbrandden ongeveer 300 kilocalorieën meer per dag dan degenen uit de tweede groep (die met een vergelijkbaar gewicht). Nadere analyse liet zien dat 180 van deze 300 het gevolg waren van fysieke activiteit: ze bewogen simpelweg meer dan de personen van de andere twee groepen. De eerste groep maakte gemiddeld 12.100 stappen per dag, tegen 8.900 van de tweede groep en 6.500 van de derde groep.
Energieverbruik
'Als iemand gewicht verliest, dan vinden er in het lichaam verschillende aanpassingen plaats die als doel hebben het verloren gewicht terug te krijgen', zegt Danielle Ostendorf, een van de onderzoekers. Des te lager je lichaamsgewicht, des te minder calorieën je verbrandt. Wil je voorkomen dat het verloren gewicht terugkomt, dan moet je ofwel minder energie innemen, ofwel je calorieverbruik verhogen met meer lichaamsbeweging – of een combinatie van die twee.
‘Op basis van onze bevindingen lijkt het alsof de mensen die succesvol hun gewichtsverlies wisten te behouden, meer vertrouwen op hun energieverbruik door fysieke activiteit dan dat ze hun calorie-inname verminderen’, legt Ostendorf uit.
Dit kun je ervan leren
Wat leren we hiervan? Als het gaat om een verminderd lichaamsgewicht in stand te houden is lichaamsbeweging minstens zo belangrijk als een dieet. Ostendorf wijst er echter op dat er individuele verschillen zijn.
‘Sommige mensen kunnen hun lagere gewicht met succes behouden door middel van een dieet en niet zozeer door fysieke activiteit. Anderen zullen het uit een flinke hoeveelheid fysieke activiteit halen’, zegt ze. ‘Zoek daarom uit wat voor jou de beste strategie is. Probeer verschillende dingen uit om te zien wat werkt. Dat kan er zeker aan bijdragen dat je gewicht kunt verliezen zonder het beruchte jojo-effect.’
Wil jij afvallen met hardlopen? Advertentie - Lees hieronder verder.