Wat maakt de Berlijn Marathon zó snel? Het parcours helpt mee natuurlijk: weinig hoogtemeters (het verschil tussen het hoogste en het laagste punt van de marathon is slechts 25 meter) en veel bredere, goed beschutte lanen. Bovendien kent het parcours maar 17 (scherpe) bochten. Zet dat maar eens af tegen de vijf andere World Major Marathons: de marathon van Chicago telt 31 bochten van meer dan 90 graden en die van New York 26. (De marathon van Boston kent nóg minder scherpe bochten overigens: slechts 3, maar dat is door de wind en de heuvels alsnog geen snelle marathon.)
Maar vlak het weer ook niet uit: in Berlijn zijn de omstandigheden voor een marathon in september doorgaans perfect. Tot slot weten ze in Berlijn altijd een puik deelnemersveld vast te leggen. Zo stond Eliud Kipchoge er al vier keer aan de start (hij won alle vier de keren) en werd voor deze editie oud-winnaar Kenenisa Bekele vastgelegd. De afgelopen kwart eeuw leidde dat alleen al bij de mannen tot acht (!) marathonwereldrecords in Berlijn.
De wereldranglijst (gemeten naar het parcoursrecord bij de mannen):
1. Chicago (2.00.35)
2. Berlijn (2.01.09)
3. Londen (2.01.25)
4. Valencia (2.01.48)
5. Tokio (2.02.16)
6. Milaan (2.02.57)
7. Sevilla (2.03.27)
8. Dubai (2.03.34)
9. Rotterdam(2.03.36)
10. Amsterdam(2.03.39)
De allersnelste marathon
De wereldranglijst gemeten naar het parcoursrecord bij de mannen Spaanse Granada: je begint hoog in de Sierra Nevada en finisht 1938 meter lager in het historische centrum van Granada. Minder dan 1 kilometer van de route loopt niet bergaf. Het gemiddelde dalingspercentage: 4.6 procent. Lekker!