Op een leeftijd waar veel atleten voorzichtig gaan nadenken over het einde van hun carrière, besloot journalist Pim Bijl te beginnen aan een leven als topsporter. Runner's World interviewde Pim Bijl voor de 9e editie van Runner's World 2024. Een deel van het interview lees je hier.
Durf te dromen: van full-time werken naar topsportcarrière
Nadat hij de afgelopen jaren al steeds fanatieker was geworden als hardloper, kondigde Pim Bijl dit voorjaar op de redactie van AD Sportwereld aan dat hij na elf jaar trouwe dienst wilde stoppen als sportverslaggever, om te gaan leven als een topsporter. Hij was op dat moment 31 jaar oud. Zijn besluit kwam niet helemaal uit de lucht vallen. Met name in aanloop naar de afgelopen marathon van Rotterdam, waar hij zijn zinnen had gezet op een aanscherping van zijn toch al scherpe persoonlijk record van 2:24.01, had Pim gemerkt dat het steeds moeilijker werd om werk en trainen met elkaar te verenigen, want altijd lag het gevaar op de loer dat zijn trainingsschema in de war geschopt zou worden door de actualiteit. Dan had hij tijdens de WK afstanden in Canada zijn schema zo ingericht dat hij op de laatste dag van het schaatstoernooi eindelijk zijn eigen intervaltraining kon afwerken, maar viel alles in het water omdat hij plotseling een groot verhaal moest schrijven over het afscheid van Irene Schouten.
Achter de feiten aanlopen
Zo had hij gedurende zijn hele voorbereiding het idee dat hij weliswaar veel aan het lopen was, maar vooral achter de feiten aan. Dat gevoel veranderde pas tijdens een trainingskamp in maart in Monte Gordo, hij had er speciaal drie weken vrij voor genomen. Onder de Portugese zon viel de druk van het werk weg en voelde Pim voor het eerst de rust om te trainen op de manier zoals hij dat al die voorgaande maanden ook had gewild. Zijn vorm schoot als een raket de lucht in. Daar, in gesprek met zijn coaches Michel Butter en Guido Hartensveld, hakte hij de knoop door en besloot het roer om te gooien. Hij zei: ‘Dít is het leven, ik voel dat ik dit wil doen.’
Uitgefeest
Zeven maanden later zit Pim Bijl op een houten bankje in een café in hartje Rotterdam achter een kop koffie en een sandwich pindakaas-banaan. Het is de brandstof voor een duurloop die later vandaag op het programma staat voor hem. Zoals het gaat in het leven van een topsporter, staat de rest van de dag in het teken van rusten, eten en op tijd naar bed. Het is een vrij monotoon bestaan waar hij zich tot niet zo heel lang geleden weinig bij kon voorstellen. Weliswaar sloot hij zich al op zijn zesde aan bij een atletiekvereniging, en bleef hij sindsdien naast school, studie of werk altijd hardlopen, maar nooit voelde hij de drang om daar alles voor opzij te zetten. Hij herinnert zich dat er rond z’n twaalfde, toen hij in zijn lichting tot de top van Nederland behoorde, een talenten- coach van de Atletiekunie thuis op bezoek kwam. Lachend: ‘Dat vond ik gelijk al een veel te serieuze vent. Ik had zelf ook het idee dat topsport serieus moet zijn, daarom vond ik het helemaal niet bij mezelf passen. Ik wilde veel liever lol trappen en de wereld ontdekken dan twaalf keer in de week trainen.’
Wil jij de rest van het interview met Pim Bijl lezen? Je leest 'm nu in Runner's World editie 9.