Volg je Runners World al op ‘Erben Wennemars’ Dit artikel komt uit het een video die werd gemaakt na afloop van zijn allereerste marathon in Amsterdam in 2010. Daarin is te zien hoe de oud-schaatser wordt geïnterviewd terwijl hij uitgeteld op een bankje zit. Met een wezenloze blik in zijn ogen zegt hij daar dingen als ‘ik vond het echt verschrikkelijk’, ‘heel m’n benen zijn verkrampt’ en ‘ik doe dit nooit meer’. Daarna wordt hij meer dood dan levend in een rolstoel afgevoerd.
Erben Wennemars liep ongetraind een marathon
Bijna tien jaar later trekt er in een Rotterdams koffietentje een wrange glimlach over het gezicht van Wennemars als hij terugdenkt aan zijn debuutmarathon en de beelden die daarbij zijn gaan horen. ‘Nog steeds word ik daaraan herinnerd,’ zegt hij. ‘Die beelden vind ik hartstikke leuk, ze zeggen iets over mijn karakter, maar ik weet dat ik het toen niet goed heb gedaan. Ik dacht dat iedereen een marathon kon lopen, stond ongetraind aan de start, maar liep alsnog een tijd van 3.14. Uiteindelijk kwam ik kotsend over de finish. Ik dacht dat iedereen dat gaaf zou vinden, maar dat is niet zo. Mensen denken voornamelijk: daar heb je die aansteller, die moet weer zo nodig.’
Wat is de bedoeling van het lopen van een marathon?
In de tien jaar die volgden heeft Wennemars veel geleerd over het lopen van marathons. Hij heeft er inmiddels twintig op zijn naam staan. De laatste twee waren tevens de snelste, met een persoonlijk record van 2.48. Belangrijker nog dan de winst die hij boekte qua tijd, was dat hij gaandeweg voor zichzelf een antwoord wist te vinden op de vraag: wat is de bedoeling van het lopen van een marathon? ‘Waar het vroeger voor mij bij het schaatsen alleen maar om winnen of verliezen ging, is dat nu in het hardlopen niet meer zo zwart-wit. Het zou zielig zijn als ik nu nog ten koste van alles die ene prestatie wil neerzetten, want ik heb dat allemaal al meegemaakt. Ik ben wereldkampioen geweest, heb veel gewonnen. Nu zit ik in een andere fase van mijn leven. Ik wil daarin bijvoorbeeld een goede vader en een goede man zijn, en daarnaast sport ik. Dat sporten vind ik heel belangrijk, maar niet meer ten koste van alles. Het draait om een goede balans.’
een abonnement op Runners World
Bij die instelling hoort een manier van trainen, die in het geval van Wennemars zelfs in aanloop naar een marathon voor het grootste deel op gevoel wordt bepaald. Aan schema’s doet hij bijvoorbeeld niet of nauwelijks. In plaats daarvan wisselt hij naar eigen inzicht zijn trainingen af. ‘Ik heb zoveel jaar topsport gedaan, dat ik mezelf onbewust altijd goed voorbereid. Ik weet dat ik in aanloop naar de marathon een paar keer een lange duurloop moet doen, intervaltrainingen moet inbouwen en op tijd gas terug moet nemen. Ik loop maximaal vier keer per week, in totaal hooguit veertig of vijftig kilometer. Ik combineer het lopen met andere sporten, zoals schaatsen, skiën, fietsen en mountainbiken. Daardoor blijf ik beter belastbaar. Ik voel mijn lichaam daarin heel goed aan.’
Te veel trainen zorgt voor blessures
Volgens Wennemars is op dat gebied voor veel recreatieve lopers juist nog winst te boeken. Regelmatig treft hij hardlopers die te veel en te hard trainen, waardoor ze uiteindelijk geblesseerd raken. ‘Dan lopen ze opeens 130 kilometer in de week, omdat ze veel te star aan hun trainingsschema’s vasthouden,’ zegt hij hoofdschuddend. ‘Mijn god, denk ik dan. Als ik zoveel kilometers ga lopen, krijg ik overal last van. Veel mensen staan uiteindelijk ook oververmoeid aan de start. Dan kun je beter wat minder doen, in plaats van altijd maar doorgaan waardoor je allerlei pijntjes krijgt. Als je pijn hebt, moet je gewoon stoppen. Alleen op de dag van de marathon loop je even door de pijn heen, maar verder moet je vooral zorgen dat je fit bent en blijft.’
Hardlooptraining rustig aan
Jarenlang was een hardlooptraining voor Erben Wennemars niet compleet als hij niet doodmoe thuis aankwam. Pas de laatste jaren leerde hij dat het juist goed is om soms rustiger te lopen. ‘Daarbij let ik ook meer op mijn pasfrequentie,’ zegt hij. ‘Ik ben geen natuurlijke loper, mijn stijl is een beetje bonkig. Als je tijdens een marathon kijkt tussen welke mensen ik loop, dan zie ik er in vergelijking met hen uit als een soort bodybuilder. Mijn voordeel is dat ik vrij sterk ben en een beetje kan afzien. Pas de laatste jaren maak ik veel meer rustige kilometers, dat maakt het trainen ook leuker.’
Loop nooit een marathon ongetraind
Wennemars beseft dat hij zelf in die zin niet het beste voorbeeld heeft gegeven met zijn eerste marathon, tien jaar geleden. De beelden daarvan staan bij veel mensen nog steeds op het netvlies. ‘Ik ben altijd bang dat mensen daardoor gaan denken dat ze zelf ook op die manier een marathon moeten lopen, omdat het iets heroïsch is. Maar het is geen doel op zich om jezelf naar de klote helpen. Het doel is om een leuke dag te hebben, waarbij je bezig bent met gezondheid.’
Waarom een marathon lopen wél gezond is
Hij begrijpt wat dat betreft de mensen niet die hem vertellen dat een marathon lopen ongezond zou zijn. Hij antwoordt dan dat de laatste tien kilometers in de race inderdaad niet gezond zijn. ‘Maar als je daarentegen kijkt naar de periode van een half jaar waarin je veel traint, gezonder eet, minder alcohol drinkt en misschien wel stopt met roken: dat is allemaal positief. Het gaat om het hele project, dat is natuurlijk supergezond. Voor mij is dát ook de prestatie, niet dat je op leven of dood die Coolsingel afrent voor die laatste paar seconden tijdswinst.’
Erben: Ik hoef niet koste wat kost een pr te lopen
Het is een les die hij iedere loper met een marathon in het vooruitzicht zou willen meegeven: de eindtijd is niet zaligmakend. Om die reden heeft Wennemars uit een soort zelfbescherming de afspraak met zichzelf gemaakt dat hij op de dag van een marathon zelf naar huis moet kunnen rijden, ook als dat betekent dat hij daardoor misschien vijf minuten later dan gepland over de finish komt. ‘Ik hoef niet koste wat kost een pr te lopen. Als het gebeurt, gebeurt het, maar zo niet, dan cruise ik lekker naar een tijd van drie uur en vind ik het een heel mooie dag. Dat voorbeeld wil ik ook geven. Wat telt is het gevoel waarmee je over de finish komt. Dat heb ik inmiddels wel geleerd.’
Waarom je de laatste week van de marathon rustig aan moet doen
Als Erben Wennemars één tip zou mogen geven aan recreatieve marathonlopers, dan is het om in de week voor de start zo min mogelijk te doen. ‘Het is de kunst om jezelf rustig te houden. Zorg ervoor dat je hongerig en uitgerust bent. Eigenlijk moet je het gevoel hebben dat je te weinig hebt gedaan. Uiteindelijk sta je dan stuiterend van de energie aan de start.’
Dit artikel komt uit het april nummer van Runner's World. Dit zijn de effecten van compressiekousen een abonnement op Runner's World.
Volg je Runner's World al op Facebook, Instagram en Pinterest?